Het chassis dan, niet zo veel te melden, enkel dat alles klaar staat om mat-zwart te worden gspoten.
De uitgesneden deur heb ik een bluts gegeven. Ik heb van iemand van On The Road een tip gekregen dat het mogelijk was om het model te verwarmen boven een vlam van een kaars (weliswaar mits een veilige afstand te behouden), Je kan dan met een afgerond voorwerp het plastic in de gewenste vorm duwen. Maar dat heb ik niet aangedurfd, omdat ik schrik heb om het model onherroepelijk te vervormen bij het verwarmen. Het moment van het wak worden van de plastic en het ineenschrompelen van het model ligt zo kort bij elkaar dat ik ervan heb afgezien.
Daarom heb ik een variant van deze methode gebruikt: je verwarmt een leeg Tamiya-verfpotje in een kaarsvlam, en wanneer dat heet genoeg staat duw je het tegen het plastic. Het plastic zal dan gedeeltelijk smelten en het effect is hetzelfde als hierboven. Alleen moet ik er wat op zien te vinden om te voorkomen dat volgende keer het glas en de plastic aan mekaar blijven kleven, zodat je van die vervelende plasticlopers krijgt en alles moet bijschuren. Maar goed, one step at a time ...
De raamhevels en handvat aan de deurlijst heb ik opengemaakt, een ideetje dat ik gaandeweg kreeg. Moest het mislukken bij het opensnijden, dan kon ik nog altijd het hele goedje verwijderen, dat is het voordeel van het bouwen van een wrak.
Voor de volledigheid krijg je nog een zicht op de onderkant met de benzinetank.