Na een nachtje slapen bekeek ik het motorgedeelte nog eens grondig, en ik kon het niet nalaten om toch nog wat extra details aan te brengen.
De verwarmingsinstallatie bijvoorbeeld vertoonde op de referentiefoto's een aantal boutjes waarmee je dat spel kan opendoen (en misschien een nieuwe filter kan steken of zo). Die heb ik dus gepuncht en aangebracht. Ook een kabel naar het interieur (sturingskabel naar het dashboard waarschijnlijk) en een extra steun werden daarbij niet vergeten.
Maar onder de verwarming was nog een groot gat waarin bij de echte E-type de zekeringenkast zit. Die mocht ook niet ontbreken natuurlijk. Dis werd met behulp van wat aluminium sheet, wat plastic sheet, wat kabeltjes en een beetje mish-mash een representabel exemplaar gescratcht.
Vooraan bracht ik nog enkele boutjes aan op het reservoir achter de radiator, en vooral werd het hoog tijd om een steun te bouwen die de motorkap op een realistische wijze op zijn plaats kan houden in open stand. Met aluminiun strip werd een u-vormige beugel geplooid, waardoor via 2 gaatjes een echte mish-mash bout gestoken kan worden die vastgezet wordt met een echte moer. Ze houdt een zelfgemaakte steunstang vast die voorzien werd van een minuscuul oog.
Dat heb ik niet uit mijn duim gezogen, maar wel nagebouwd van een referentiefoto, die je hier kan zien.
Ook op deze foto zie je trouwens het probleem dat Gert me gesteld had van de verlichtingsbekabeling, opgelost. De kabels lopen via een holle bak in de neus naar het scharnierpunt, waar ze in de holle buizenstructuur van de Jag verdwijnen, om er aan de andere zijde (ter hoogte van de batterij) weer uitkomen. Dat lijkt me ook de enige mogelijkheid om te vermijden dat ze na het veelvuldig openen en sluiten van de motorkap zouden breken...